Teams bestaan om resultaten te halen. That's it. Anders was je namelijk een hobbyclub. Je bent als team bij elkaar gezet om een bepaald doel of resultaat te bereiken. Dat doet ieder team z’n eigen manier. En ook weer niet. Er bestaan namelijk maar 4 soorten teams.
In wat voor team zit jij? Doe de test!
Hoe je weet in wat voor soort team je zit? Simpel. Lees de stellingen hieronder door. Kies dan in welk van deze teams je je eigen team het meest herkent.
Herken je jouw team in meerdere situaties? Denk dan aan wat er in het team het vaakst voorkomt of wat er gebeurt wanneer de druk toeneemt.
Team 1: Doelen en resultaten gaan voor. We maken vaak lange dagen met veel deadlines. Dat gaat soms ten koste van de sfeer en het plezier.
Team 2: Collegialiteit en plezier zijn erg belangrijk. Er is aandacht voor alle meningen en gevoel. En dat gaat weleens ten koste van het werk doen en aan de slag zijn. Daardoor bereiken we soms minder dan we willen.
Team 3: Geen idee wat we zouden moeten doen. En erg gezellig is het ook al niet.
Team 4: We zetten samen de schouders eronder. We werken met plezier samen en bereiken onze doelen op tijd.
En... Wat klinkt jou het meest bekend in de oren?
Schrik niet: er is geen goed of fout.
Maar weet dit:
Teams zoals ‘4’ bereiken het meest. Het zijn highperforming teams. Ze houden hun werk ook nog eens lang vol, op een gezonde manier. Gedoe wordt snel opgelost. Ziekteverzuim en verloop is laag. Het zijn teams waar mensen graag komen en blijven werken.
Elk team heeft het in zich om een ‘4’ te zijn en te blijven.
Alleen...
De meeste teams zijn daar helemaal niet mee bezig.
Die zijn druk met andere dingen. Met deadlines. Of met elkaar. Met richting zoeken. Afhankelijk van het soort team dat ze zijn.
En daarbij spelen ook nog eens allerlei teampatronen een rol. Vaak zonder dat het team het zelf in de gaten heeft. Misschien herken je één of meer van de 3 patronen die de meeste teams in de weg zitten?
Zo kan hetzelfde gedrag maandenlang – soms jarenlang – blijven bestaan. En al die tijd leidt dat af van waar jullie eigenlijk voor komen: samen iets bereiken.
Dat valt bijna niet op. Je merkt vaak iets anders.
Dat de motivatie lijkt af te nemen.
Of dat er vaker of sneller collega's vertrekken.
Dat het lastig is om jonge mensen aan te trekken.
Dat het ziekteverzuim stijgt.
Dat het werk soms traag of stroperig voelt.
Of iets wat hierop lijkt...
Terwijl je óók het omgekeerde kunt ervaren.
Dat lukt, zodra je bewust aandacht hebt voor de manier waarop je samenwerkt. Je leest hier meer over in het artikel Goed samenwerken: wie is daar verantwoordelijk voor? En dan bedoelen we niet eenmalig. Hoe leuk die etentjes, bijeenkomsten of feestjes met collega's misschien ook zijn.
Van gedoe naar doelen halen
Het begint met samen ontdekken wat voor soort team je bent. En door met die kennis iets ánders doen dan je mogelijk gewend bent.